maandag 2 januari 2012

Lot wil ademruimte

Het Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan van Beersel is een slechte zaak voor Lot. Het  trekt  de logica van de verstedelijking volledig door.

Op karikaturale wijze wordt Lot in het plan van de gemeente beschreven als “de omgeving van de kanaalzone die in belangrijke mate ingevuld is met meer grootschalige bedrijvenzones en diverse grootinfrastructuren (steenweg, autosnelweg, kanaal, spoorweg)” en met een “nederzettingsstructuur die aansluiting vindt bij het Brussels Hoofdstedelijk Gewest”. Daarbij kan men zich de vraag stellen of de opstellers van dit plan die dergelijke vergelijkingen maken, ooit wel eens in Brussel of Lot zijn geweest. Hebben zij ooit de Laekenberg gezien, de akkers en de weiden die Lot (nu nog) omringen en die tot aan de voet van Kerk reiken, het groen van “over de Vaart”, de Zenne die dwars door Lot slingert, het heuvelachtige Kesterbeek .. ?

Bij het lezen van de beschrijvingen die van Lot worden gegeven, krijgen we de indruk dat ze enkel willen rechtvaardigen dat alles wat men elders liever kwijt dan rijk is (verdichting van de bebouwing, industrie, wegen & infrastructuur), in Lot wordt geconcentreerd. Vanuit de logica: Lot is toch reeds compleet verstedelijkt, geïndustrialiseerd en gebetonneerd is, dus dat kan er nog wel bij.

Inwijking, verstedelijking, mobiliteit

Het plan heeft de verdienste om een aantal ontwikkelingen op te sommen die het leven in deelgemeente Lot  nu reeds bemoeilijken. Zo wordt er gewezen op de “beperkte” verkeersleefbaarheid, m.n. in de Zennestraat (blz. 89 Informatief Deel – verder afgekort tot I.D.) en op de conflictsituaties tussen wonen en bedrijven in Lot (blz. 75. I.D.);

Ook bevestigt het GRUP wat velen reeds zelf in hun straat ondervinden, namelijk . dat er een “sterke inwijking plaatsvindt vanuit het Brussels Hoofdstedelijk Gewest” die zich vooral “langs de kanaalzone van Anderlecht tot Halle voordoet” (lees: in de eerste plaats in Ruisbroek en Lot; blz. 76 I.D.); ook dat “specifieke delen – zeker in Lot - van stedelijk gebied een toeloop van sociaal zwakkeren kennen” ;  de hogere overheid wordt in dat verband gewaarschuwd voor “verdere segregatie” (dit is een geleerd woord voor het minder politiek correcte woord: ghetto-vorming; blz. 28 Richtinggevend Deel, verder afgekort tot R.D.). Tot slot stelt het GRUP ook vast dat Lot in vergelijking met de andere deelgemeenten een relatief oud woningpatrimonium kent (blz. 75 I.D.).

Een aantal onderdelen van het plan, zijn echter volledig in tegenspraak met die vaststellingen. Zo blijkt dat men de industrie nog verder in Lot wenst te concentreren in plaats van deze af te bouwen. In het plan geeft de gemeente nl. aan dat indien zij elders bedrijventerreinen herlokaliseert, zij de verloren oppervlakte zal compenseren; daarbij wordt in de eerste plaats verwezen “naar de uitbreidingen die ondermeer in het kader van het VSGB voorzien worden” ( dus  in Lot) (blz. 45 R.D.). De verkeersproblematiek rond de bedrijvenzones “Laekebeek” en “Heideveld – De Gijzeleer” wordt gewoonweg afgeschoven op het Vlaams Gewest. De nieuwe optie van de gemeente luidt dat het verkeer van “regionale bedrijven” en van regionale bedrijvenzones “via regionale wegen” moet worden afgewikkeld (blz. 61 R.D.). Dat is uiteraard correct, maar het is wel spijtig dat het gemeentebestuur in 2008 nog niet tot dat inzicht kwam.

Via een vliegensvlugge aanpassing van het gemeentelijk BPA Laekebeek is toen in Lot het bedje gespreid voor de regionale nr. 1 in de grootdistributie. Mocht men toen de logische voorwaarde gesteld hebben dat er eerst een regionale ontsluitingsweg moest liggen voor dit regionaal bedrijf (vb. via Total), dan was een deel van de Lotse bevolking nu heel veel ellende bespaard gebleven.

Zenne & Zoniën en het Actiecomité “Geen ringweg in Lot” hebben in april van dit jaar nog gewaarschuwd voor de gevolgen van de plannen met de nieuwe regionale bedrijvenzone aan Heideveld – De Gijzeleer (grondgebied Huizingen, achter Siemens). Toen reeds was bekend dat deze zone op termijn voor 1.400 extra voertuigbewegingen per dag zal zorgen, een overlast die op  grond van de bestaande lokale wegen niet kan worden opgevangen. Een meerderheid binnen de gemeenteraad heeft de stemming van het BPA toen niet willen opschorten. Uit het ruimtelijk structuurplan blijkt dat men dit probleem nu erkent, maar dat men voor de oplossing ervan opnieuw kijkt naar de Vlaamse regering.

Woonpolitiek

Inzake  woonpolitiek maakt het GRUP prognoses. Men verwacht dat het perceelaanbod binnen Beersel globaal de woonbehoefte vanuit de gemeente zelf zal dekken, o.a. wegens het dalende geboortecijfer (blz. 100-105 I.D.). Wel geeft men aan (blz. 34 R.D.) dat “in het Vlaams Strategisch gebied een instroom wordt verwacht van buiten de gemeente Beersel” (deze vaststelling doet reeds de wenkbrauwen fronsen: het is toch niet aannemelijk dat “mensen van buitenaf” die zich in Beersel wensen te vestigen, dat enkel in Lot zouden willen doen ...).

Het plan bevat ook een gedetailleerde regeling i.v.m. het aansnijden van bijkomende bouwmogelijkheden in de gemeente. Wanneer men die regeling leest, dan blijkt dat men de instroom van buiten de gemeente nagenoeg exclusief in Lot wenst op te vangen via nieuwbouw. De totalen van de bijkomend in te vullen woongebieden op korte termijn (0-5 jr.) en middellange termijn (5-10 jr.), spreken vanzelf:
Lot:                        207 wooneenheden;
Alsemberg:        14 wooneenheden + seniorenvoorzieningen
Dworp:                23 wooneenheden
Huizingen:          0 wooneenheden (zie blz. 41 R.D.).

Dit terwijl er in de andere deelgemeenten toch ook belangrijke bouwgebieden blijven bestaan. Daarbij wordt er in Lot duidelijk voornamelijk ingezet op grootschalige projecten: Op de weide tussen de Dworpsestraat, de Pastoriestraat en Blokbos worden op korte termijn 52 wooneenheden voorzien, aan de overkant van Langblok en Zittert (thans weiden en akkers, de uitlopers van de flanken van de Laekenberg) worden op middenlange termijn 45 wooneenheden voorzien; behoudens vergissing, gaat het achter de Kloosterstraat en de Vogelenzang “slechts” om 15 wooneenheden.

Op lange termijn (meer dan 10 jaar) heeft men ook plannen met de bedrijvenzone gelegen tussen de Molenstraat, Breedveld, Dworpsestraat en de J. Springaelstraat. Dat is een terrein van 7,5 ha, waar nu AMP en Sofa-Bed zijn gevestigd, maar dat nog helemaal omzoomd is door diepe weiden. Men wenst deze zone te herbestemmen naar een woonzone met maar liefst 188 wooneenheden...

Ook “Over de vaart” worden belangrijke nieuwe bouwontwikkelingen niet uitgesloten (vier gebieden met in totaal 100 eenheden). Daar heet het echter dat dit slechts kan na overleg met het Vlaams Gewest “gezien de recente overstromingsproblematiek” (zie blz. 35 R.D.). 

Open ruimten verdwijnen

Samengevat stellen wij ons de vraag hoe men met al deze nieuwe bouwplannen de samenhorigheid binnen de bevolking denkt te behouden. Indien men 2,5 personen rekent per wooneenheid dan zit men al gauw met een  extra bevolkingsaangroei op middellange termijn van meer dan 500 personen... en dit allemaal geconcentreerd binnen die kleine woonkern van Lot (de ontwikkelingen over de Vaart en op de bedrijvenzone Breedveld zijn daarin dan nog niet meegerekend).

Om haar doel te bereiken zal de gemeente nagenoeg alle open ruimte in het centrum van Lot opofferen aan nieuwbouw, her en der bouwhoogten van 3 + 1 invoeren en grootschalige gebouwen oprichten (minimum 25 wooneenheden per hectare).

Men belooft als compensatie een “groene gordel” rond Lot , maar deze zal er maar zielig uitzien in vergelijking met de groene gordel die we nu al eeuwen hebben (akkers en weilanden, zo ver we zien). Het gevolg is voorspelbaar: mensen zullen hun dorp niet meer herkennen.

Wie  het zich kan permitteren, zal dus Lot verlaten. Hun plaats zal ingenomen worden door mensen van buitenaf. De goede sociale mix en de samenhorigheid dreigen daardoor verder verloren te gaan. De idee dat de gemeente de nieuwe huisvesting kan reserveren voor de eigen bevolking en voor wie zich inburgert, is zeer ongeloofwaardig. De taal- en inburgeringsvereiste uit de Vlaamse Wooncode komt er slechts op neer dat de huurder zich bereid verklaart om zich in te burgeren en om de streektaal te leren[1]. Op de niet-nakoming van die belofte staat geen enkele effectieve sanctie (woningmaatschappijen dienen zich tot de vrederechter te richten om de huur te ontbinden, wat in de praktijk niet gebeurt). Betaalbare huisvesting in Vlaams-Brabant is zeer belangrijk en niemand kan tegen een goede (sociale) huisvesting zijn. Maar dit mag ons niet beletten om nuchter een aantal vragen te stellen.

Zoals: “Waarom zet de politiek niet eerder in op kleinere woningbouwprojecten?” Via het systematisch uitoefenen van het voorkooprecht, zouden de bouwmaaatschappijen en de gemeente twee vliegen in een klap kunnen slaan: zowel het bestaande woningpark in Lot, dat vaak oud en onderkomen is, renoveren als aan (gerichte) sociale politiek doen.

Wellicht nog belangrijker is de vraag: “Waarom is de gemeente niet bereid om de lasten op een eerlijke manier te spreiden over àlle deelgemeenten ?” Iedereen weet toch dat men hier (net zoals in Alsemberg trouwens), al meer dan zijn deel heeft gedaan qua inspanningen op het vlak van woonbeleid en woonverdichting.

Lot brengt met haar bedrijventerreinen veel centen in de gemeentekas (gemeentebelastingen). Welke  politicus durft het aan om de (groot-)Beerselse mentaliteit “wel de lusten, niet de lasten”, aan de kaak te stellen?


Onze vragen:

1.       Wij vragen een minimalistische invulling van de VSGB-opties. Lot hoort niet thuis in dit VSGB.
2.       Wij vragen een eerlijke spreiding van de lasten van  nieuwbouwprojecten en woonuitbreidingsplannen over alle deelgemeenten van BEERSEL.
3.       Wij vragen een dringende en degelijke langetermijnoplossing voor de verkeersoverlast waarvan grote delen van Lot slachtoffer zijn.
4.       Wij vragen dat herlokalisatie van industrie en KMO-zones niet systematisch op Lot wordt afgewenteld.
5.       Wij vragen dat de  bestaande groen- en landbouwzones rond Lot optimaal worden gevrijwaard en versterkt.

Het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan moet in die zin worden bijgestuurd. Wij rekenen hiervoor op de actieve steun van alle politieke fracties.



Actiecomité Geen Ringweg in Lot                                           Streekvereniging Zenne en Zoniën vzw


[1]              Zie A. Hanselaer, “Ik wil een maison. Taalvoorwaarden bij sociale huur in het Vlaamse Gewest”, Ad Rem 2009, themanr. Rechtstaal, 42-44.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten