5 december KLIMAATDAG

Klimaatverandering

De klimaatverandering is volop bezig. Dat merken we steeds vaker, aan de opeenvolgende weer-records, maar ook aan de veranderende natuur. Wetenschappers zijn het erover eens dat we alles op alles moeten zetten om de stijging van de temperatuur te beperken tot 2 graden. Anders zullen miljarden mensen met watertekort geconfronteerd worden en wordt de ganse ijskap van Groenland instabiel. Bovendien bestaat er dan een risico dat de klimaatverandering op hol slaat door vrijgave van koolstof uit bossen, arctische venen,…

Om de concentraties te beperken tot 450 tot 490 ppm –een niveau dat eigenlijk al te hoog ligt voor onze 2-graden doelstelling, moet de totale uitstoot haar top bereikt hebben in 2015 en moet die nadien drastisch reduceren. Natuurlijk betekent dit niet dat we hier in het noorden nog rustig mogen blijven uitstoten tot 2015. Want we weten allemaal dat de uitstoot in de opkomende industrieën nog wel een tien à twintig jaar zal blijven stijgen. Het gaat ook over 5 miljard mensen… Dat betekent dat de industrielanden hun uitstoot drastisch moeten inperken. Met 30 tot 40% tegen 2020, en met 80 tot 90% tegen 2050. Als we dat verstandig aanpakken zal dat niet ten koste te gaan van sociale rechtvaardigheid op globaal of lokaal niveau.

De oplossing ligt bij elk van ons. Hier lees je wat Natuurpunt doet in de strijd tegen de klimaatverandering. En wat jij kan doen.

Colruyt kiest binnenvaart voor containervervoer

Colruyt kiest voor de binnenvaart en de containerterminal van de haven van Brussel om goederen vanuit de Belgische kust te vervoeren. Dat kondigde Brussels minister van Vervoer en de Haven, Brigitte Grouwels (CD&V), aan. Ze is bijzonder tevreden over de keuze van de Belgische warenhuisketen.

Volgens Grouwels betekent de keuze voor de binnenvaart een vermindering van 1.000 vrachtwagentrajecten tussen de havens van Antwerpen en Brussel.  
De containers zullen per vrachtwagen van de haven van Brussel naar het nieuwe distributiecentrum van Colruyt in Ghislenghien, een deelgemeente van Ath, gebracht worden. De Franse uitbater van de Brusselse containerterminal, CFNR, heeft volgens de minister Colruyt na een testperiode kunnen overtuigen om voor dit traject te kiezen voor de binnenvaart.     
Duurzaamheid
Voor Colruyt kadert de beslissing in het permanente streven van het bedrijf naar duurzame en haalbare oplossingen, zowel vanuit het ecologische als het economische standpunt. Ook de oververzadiging van de Antwerpse ring speelde een rol.     
Op jaarbasis kunnen 400 tot 500 containers van de Antwerpsen haven naar de haven van Brussel verscheept worden. Dat aantal kan nog stijgen als de marktvoorwaarden het toestaan om de distributiecentra van Colruyt rond Brussel, namelijk die van Halle, Sint-Pieters-Leeuw en Lot, vanuit de Haven van Brussel te bevoorraden.

bron: De Standaard, Belga

Wandelkalender Zenne en Zoniën 2010

 Wandelkalender Zenne en Zoniën 2010

 infobij Willy Defranc op  02/356.24.78 of roger.defranc@edpnet.be

Febr 15 14 u Wrangwortelwandeling * Dworp St Gurikkerk Alsembergsestwg
Maart 6 14u Arenbergwandeling Hallerbos Halle Achtdreven Hallerbos
April 24 14 u Thevenetwandeling St P Leeuw Kerk Rink St P Leeuw
Mei 29 dagwandeling Groene Haltewandeling Bokrijk Kiewit * Hasselt Station Kievit
Juni 6 14u30 Oude Bedevaartsweg verkenning * Alsemberg Halle Kerkhof Vorst Alsembergsestwg
Sept 5 14u30 Ridder Isaac wandeling * Ophain St Aldegondiskerk
Sept 26 13u De ronde van Beersel Beersel Kasteel van Beersel parking
Nov 6 14u Zoniënboswandeling St Gen Rode Middenhut Waterloosestwg
Nov 7 14 u Zennewandeling * Beersel Kasteel van Beersel parking
Dec 12 14 u Taalgrenswandeling * Bellingen Huize Terloo Kareelstraat


* = dit zijn wandelingen in samenwerking met andere verenigingen.

meer informatie via willy.defranc@edpnet.be

Trage Wegen : Zenne en Zoniën werkt mee

Van januari 2008 tot juni 2009 werkten de vzw Trage Wegen en het Regionaal Landschap Zenne, Zuun en Zoniën vzw samen aan de trage wegen van het Pajottenland. De samenwerking kaderde binnen het project ‘Groene wegen, kans voor mens en ecologie’, gesubsidieerd via het Programma voor Plattelandsontwikkeling.Streekvereniging Zenne en Zoniën was via Willy Defranc actief bij deze actie betrokken.

Concreet gingen ze aan de slag in de gemeenten Beersel, Galmaarden, Halle en Roosdaal.  Enerzijds werden deze gemeenten begeleid om een onderbouwd beleid voor trage wegen uit te werken. De bevolking werd hierbij actief betrokken. Anderzijds werden er pilootprojecten opgestart waar concrete realisaties op het terrein uit voortvloeiden.

Als afronding van het project werden twee brochures uitgewerkt “Leidraad trage-wegenbeleid”
en “Op zoek naar subsidies voor trage wegen”. De eerste brochure is een ideaal instrument om het trage-wegenbeleid op gemeentelijk vlak vorm te geven, te stroomlijnen en te inspireren. De tweede brochure zet een reeks concrete aanknopingspunten met mogelijke subsidiekanalen op een rijtje.

Kritiek op Voorstadsnet (GEN) Bron: RTBF en Persagentschap Belga

Patrick Frenay, géographe et urbaniste de l'ULB, estime, dans une étude qui paraît lundi sur le site de Brussels Studies que le RER représente d'un côté de vastes plans que l'on fait miroiter et de l'autre, un projet en forme de coquille vide.

Il constate que la capitale est desservie par une offre ferroviaire très importante. "La SNCB considère qu'elle ne peut accroître le nombre de convois traversant la jonction Nord-Midi", relève le document. "La volonté d'y contraindre le moins possible l'offre IC, IR et internationale relègue le RER à un rang secondaire".

Le RER sera donc desservi "ailleurs", notamment sur la ligne 28, via la gare de l'Ouest, ce qui aura pour conséquence des temps de parcours rallongés pour les non-Bruxellois et des liaisons directes peu attractives pour les Bruxellois.

"L'attitude de la SNCB est compréhensible", estime Patrick Frenay qui ajoute qu'"elle est plongée dans un jeu de dupes où l'on fait croire à une belle solution, alors qu'on ne lui alloue pas les moyens nécessaires".

Pour Patrick Frenay, la responsabilité en incombe au politique. "Les Régions ne jouent pas un jeu clair. La Flandre et la Wallonie ont des intérêts opposés à ceux de la Région bruxelloise".

Brussels Studies considère cependant qu'"il n'est pas trop tard pour discuter du projet" et propose des pistes comme un service RER offrant moins de lignes directes en heures creuses mais avec des fréquences soutenues.

Belga

Welk gebied, welke hoogbouw?

Afbakening

In het ontwerp wordt het VSGB beperkt tot de volgende 3 gebieden (zie kaart 10 pdf, 503 kb): 1) de zuidelijke kanaalzone (delen van Beersel, Drogenbos en Sint-Pieters-Leeuw). 2) de omgeving van Zellik en Groot-Bijgaarden (delen van Asse, Dilbeek en Wemmel) 3) het ruime Zaventemse (delen van Zaventem, maar ook van Grimbergen, Kraainem, Machelen, Tervuren, Vilvoorde en Wezembeek-Oppem). Dit is veruit het grootste gebied: van Heizelparking C in het Noordwesten tot aan het park van Tervuren in het Zuidoosten. De onmiddellijke omgeving van de Zaventemse luchthaven maakt, zoals gezegd, geen deel uit van het plangebied. Daarvoor laat de Vlaamse Regering een apart strategisch plan (START) ontwikkelen.

VSGB kaart 10

I

Oorspronkelijk, volgens het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen, konden ook Sint-Genesius-Rode en Linkebeek tot het VSGB behoren, maar de Vlaamse Regering besloot vorig jaar om hen in het buitengebied te situeren. Ook de wijken Bouchout (Wemmel) en Wolsem (Dilbeek) vallen buiten het VSGB. Het zijn dus niet langer, zoals voorzien in het provinciaal structuurplan, potentiële stedelijke kernen. Halle werd betrokken in het overleg over de zuidelijke kanaalzone en Steenokkerzeel en Zemst kregen inspraak in de plannen over het ruime Zaventemse, maar dat betekent niet dat deze gemeenten opgenomen worden in het VSGB. (Uitzondering is een stukje industriezone in Zemst dat grenst aan een industriezone in Grimbergen.)

De Vlaamse overheid wijst er overigens op dat de afbakening niet betekent dat ze administratieve grenzen hertekent of een nieuw bestuursniveau installeert.

9. Overleg

Tijdens het planningsproces werd overlegd met de verschillende overheden en belangengroepen. In het ontwerp eindrapport wordt daarenboven een structureel samenwerkingsverband met het Brussels Hoofdstedelijk Gewest voorgesteld over ruimtelijke ordening. Thema’s te over: de Brusselse plannen voor de Heizel, Schaarbeek-vorming en de NATO, de Vlaamse plannen voor de Ring, het GEN en andere vormen van openbaar vervoer (tram, light rail), fietsverbindingen, het uitbouwen van groene netwerken, de verbreding van het kanaal Brussel-Charleroi zodat het de Europese doelstellingen haalt, … De impact van dergelijke plannen overschrijdt uiteraard de gewestgrenzen.

10. Meer bouwlagen?

Voorgesteld wordt om ook met de gemeentebesturen verder te overleggen. Belangrijkste discussiepunt hier is het aantal bouwlagen. Het gewestplan Halle-Vilvoorde-Asse beperkt dat aantal tot 2 (zie plan regelgeving: kaart 7 pdf, 252 kb) en dat zou de verstedelijking van de regio hebben tegengehouden. Omdat de Vlaamse Regering de open ruimte in het VSGB wil sparen, wordt nu toch gedacht aan een selectieve verhoging van het aantal lagen. Daartoe werd een inventaris opgemaakt van de wijken die historisch (al van voor het gewestplan) meer dan 2 lagen tellen of waar de bouwvoorschriften “vrij” werden geïnterpreteerd. Het gewestplan spreekt namelijk van ‘2 woonlagen onder de kroonlijst’. Hierdoor bleef er ruimte voor bijvoorbeeld een laag met winkels of parkeerplaatsen onderaan, want dat werd niet als ‘woon’laag gezien. Daarom zou nu het concept ‘bouwlagen’ worden ingevoerd; dat laat minder ruimte voor interpretatie.

Niettemin blijft deze maatregel zeer omstreden. Daarom werden enkel voorstellen gedaan voor mogelijke gebieden voor een dergelijke verhoging (zie kaarten 32A (pdf, 599 kb), 32B (pdf, 564 kb), 32C (pdf, 635 kb), 33 (pdf, 583 kb) en 34 (pdf, 614 kb)). Gemeentebesturen kunnen zelf beslissen of ze daarop in gaan of niet. Het initiatief zou dus bij de gemeenten liggen, niet bij de hogere overheid. Ofwel dient de inventaris daarbij enkel ter informatie en doen de gemeenten volledig hun zin. Ofwel –en dat is wat in het ontwerp wordt voorgesteld- stuurt de bevoegde minister een omzendbrief terzake om de spelregels voor een eventuele verhoging te bepalen.

http://www.docu.vlaamserand.be/ned/webpage.asp?WebpageId=217&MenuId=45#1.%20Plangebied

Officiële suggesties VSG

7.2. Zuidelijke kanaalzone

Hier worden nieuwe ontsluitingswegen voor de bedrijfszones voorgesteld. Doel is het zwaar verkeer zo veel mogelijk weg te halen van de Bergensesteenweg en de woonbuurten en het rechtsreeks naar de E19 te leiden. Het zwaar verkeer zou via een verlenging van de 3-Fonteinenstraat en een nieuwe brug over het kanaal rechtsreeks naar de bedrijfszones kunnen (zie kaart 24 pdf, 493 kb). Meer zuidelijk zouden er van op een rond punt bij afrit 19 (Beersel) 2 aftakkingen komen. Eén naast de E19 en de bestaande spoorlijn naar de zones Zenneveld, Gijzeleer en Heideveld en één parallel met de Beerselsestraat en de Zennestraat naar de zone Laekebeek (zie kaart 25 pdf, 508 kb).

Als de Bergensesteenweg minder zwaar verkeer te slikken krijgt, kunnen de bussen vlotter door. Ook de aanwezige shoppingcentra en baanwinkels (de zgn. ‘grootschalige detailhandel’) worden beter bereikbaar. Het is wel uitdrukkelijk niet de bedoeling dat dat een wildgroei van dergelijke zaken over de hele lengte van de steenweg veroorzaakt.

Nog opmerkelijk op het vlak van mobiliteit is het voorstel om tramlijn 4 van Ukkel-Stalle tot het station van Ruisbroek door te trekken.

Het aantal bedrijfsterreinen dat aan de criteria van de Vlaamse Regering beantwoordt, blijkt in de zuidelijke kanaalzone beperkt (zie kaart 28 pdf, 617kb). Het gebied tussen de nieuwe ontsluitingsweg voor de bedrijfszone Laekebeek en de zone zelf zou opgevuld kunnen worden met bedrijven. Een andere mogelijke uitbreiding van een bedrijfsterrein betreft de zone Breedveld en een laatste mogelijke nieuwe bedrijfszone is een stuk van de site hoeve Bretonne. VOKA had gevraagd om veel meer bedrijfszones, onder meer de Sint-Pietershelling, maar dat is nog een belangrijke open ruimte. In het ontwerp worden wel kansen gezien in een betere benutting van de noordelijke bedrijfszones.

Een troef die te weinig wordt uitgespeeld in deze regio is het kanaal Brussel-Charleroi. Daarom de suggestie om economie en wonen naar het kanaal te oriënteren. In bedrijfszone Heideveld zou daartoe een nieuwe kade moeten komen. Vooral tussen Biest en hoeve Bretonne worden mogelijkheden tot wonen aan het water (zie kaart 37 pdf, 589 kb) gezien.

Andere woonuitbreidingen dienen vooral ter versterking van de woonkernen in het midden van het plangebied (Negenmanneke, Zuun en Ruisbroek). Ook aan het station van Huizingen zijn er mogelijkheden. Heel belangrijk in de zuidelijke kanaalzone is reconversie. In Lot kan dat in de oude wolfabriek, in Drogenbos op de Catala-site. Ook de versnipperde open ruimten (de zgn. ‘randstedelijke open-ruimtegebieden’ als Eilandje, Koning van Spanje,…) kunnen volgens het ontwerp aan de randen afgewerkt worden met woningen, zolang de centrale ruimte maar behouden blijft. Hier wel de suggestie om die ruimte toegankelijk te maken voor voetgangers en fietsers.

Die zwakke weggebruikers zouden volgens het ontwerp eindrapport ook een eigen kanaalbrug krijgen in Lot. In de woonkernen zouden publieke groenzones moeten komen. Zo zou de Pajotse open ruimte via de Lotbeek en de Laekebeek verbonden kunnen worden met de Zennebeemden.

 Bron:
http://www.docu.vlaamserand.be/ned/webpage.asp?WebpageId=217&MenuId=45#1.%20Plangebied

Vlaams strategisch gebied naar eindfase

.2. Zuidelijke kanaalzone
zie kaart 13 (pdf, 1 MB)

Ook dit gebied langs het kanaal Brussel-Charleroi is een oud industriebekken. Dat verleden zorgde voor een nogal choatische ruimtelijke ordening, waarbij fabrieksterreinen, huizen en akkers door mekaar liggen. Globaal kan gesteld worden dat in het midden van het gebied vooral woningen staan. Ten noorden en ten zuiden hiervan situeert zich de grootste economische activiteit. Het noordelijke deel sluit aan bij Vorst en Anderlecht, het zuidelijke deel bij Halle.

Aan de andere zijden wordt de kanaalzone begrensd door nog flink wat groen. Ten westen liggen het Pajottenland en de Zuunvallei, ten oosten het provinciaal domein van Huizingen en de Zennebeemden. Hier is de Zenne nog een meanderend riviertje, geen ingekokerde riool. Nu nieuwe waterzuiveringsstations het toestromende rioolwater zuiveren, gaat de kwaliteit van het Zennewater er zienderogen op vooruit. Probleem is wel dat de open ruimtes ten westen en die ten oosten niet met mekaar verbonden zijn. Een groene corridor zou de migratie van fauna en flora bevorderen. Ter hoogte van Lot zijn er wel de Lotbeek en de Laekebeek, maar momenteel is de natuurwaarde daarvan beperkt. In het plangebied liggen wel enkele landbouwzones (bv. Biest), maar die zijn ingesloten.

Het meest prangende probleem is ongetwijfeld de ontsluiting. Ondanks de aanwezigheid van de E19, het kanaal en de spoorlijnen 96 (Halle-Brussel) en 26 (Halle-Vilvoorde), gebeurt het transport vooral langs de Bergensesteenweg (N6). Vrachtwagens, lijnbussen, autopendelaars, bezoekers van de grote handelszaken op de steenweg: allemaal zoeken ze hun weg vanaf de oude steenweg naar de autosnelweg. Het verkeer zit er dan ook meestal strop.

http://www.docu.vlaamserand.be/ned/webpage.asp?WebpageId=217&MenuId=45#1.%20Plangebied

Zenne

DINSDAGEN VAN DE ZENNE & Zennecafé

Uitnodiging voor een reeks begeleide wandelingen en ontmoetingen rond de Zenne

Elke 3de dinsdag van de maand, tot juni 2010

Elke derde dinsdag van de maand organiseert Coördinatie Zenne in samenwerking met Grenzeloze Schelde een begeleide wandeling rond de Zenne, telkens op een andere plaats in het Zennebekken. De volgende wandeling is er dinsdag a.s. 17 november. Dan krijgen de Zenne en het kanaal in Anderlecht onze volle aandacht. Tijdens de wandeling vertelt een gids over de geschiedenis en de actualiteit van de waterloop, over de natuur, de fauna en flora, de functies… Een speciale genodigde met kennis van zaken geeft uitleg over de actuele problemen en uitdagingen in verband met de Zenne en in het bijzonder met de plaats waar gewandeld wordt. Waterbeheersing, waterkwaliteit, waterzuivering, landschappelijke betekenis en de rol die de waterloop kan spelen voor stadsontwikkeling, mobiliteit en recreatie behoren zeker tot de mogelijke thema’s. Zennecafé: Elke wandeling wordt afgesloten met een drink, een aangenaam moment voor een interessante babbel …. Programma 17/11: De Zenne en het kanaal in Anderlecht >> 15/12 - start om 17u! : De Zenne en het kanaal in het hart van Brussel >> 16/02: RWZI Brussel-Noord >> 16/03: De Zenne in Lembeek >> 20/04: Natuurgebied de Dorent in Zemst en Vilvoorde >> 18/05: De vallei van de Sennette in Ecaussinnes >> 15/06: De Zenne tussen Quenast en Rebecq >> Tenzij anders vermeld, starten de wandelingen telkens om 15u. De meest recente versie van het programma kan je altijd raadplegen op www.coordinatiezenne.be. De Zenne, van bron tot monding De Zenne verbindt Wallonië, Brussel en Vlaanderen op een wonderbaarlijke manier. Maar de ooit zo aantrekkelijke rivier had tot voor kort een slechte reputatie. Eeuwenlang is de Zenne 'misbruikt' voor de afvoer van afvalwater. Naast de overwelvingen (o.a. in Brussel) om de 'stinkende' rivier weg te steken, werden allerhande baggerwerken, oeververstevigingen, indijkingen en overwelvingen in de loop der tijden uitgevoerd om de overtollige neerslag zo snel mogelijk af te voeren en de oevergebieden te behoeden voor overstromingen. Gelukkig wordt de Zenne stilaan in ere hersteld! De nieuwe installaties voor afvalwaterzuivering zijn een essentiële stap in de goede richting, maar er is meer nodig. De rivier moet ook de kans krijgen om opnieuw natuurlijker te worden door ingrijpende veranderingen tot een minimum te beperken en haar nog overgebleven meanders en natuurlijke milieus te herstellen. Pas dan zullen omwonenden en bezoekers weer volop kunnen genieten van 'hun' rivier, in al haar facetten... van bron tot monding met oog voor niet alleen de Zenne zelf, maar ook haar bijrivieren! Waarom Dinsdagen van de Zenne en Zennecafé? De interregionale kennismaking bevorderen tussen betrokkenen in de 3 gewesten: de Zennebewoners, deskundigen, milieu- en natuurverenigingen met focus op de natuur en de waterlopen in het Zennebekken, regionale en lokale beleidsmensen die belast zijn met natuur en waterlopen, gemeentemandatarissen en iedereen die met het milieu verbonden is. Laten horen en zien wat aan de andere zijde van de gewestgrens leeft. Actuele problemen en huidig beleid en beheer van en rond de Zenne in de schijnwerper plaatsen, vanuit het besef dat beleid en beheer van een waterloop een grensoverschrijdende aanpak nodig hebben. Praktisch Deelnemen kost € 3 per persoon per wandeling. De consumpties tijdens het Zennecafé zijn op kosten van de gebruiker. Inschrijven Vooraf inschrijven is verplicht, want er is maar een beperkt aantal plaatsen. Inschrijven doe je met het inschrijvingsformulier. Je ontvangt daarna per mail een bevestiging van je reservatie met een vraag tot betaling. Pas na storting van het deelnamegeld is de inschrijving definitief.

Brussels Metropolitan Region: Business Route 2018



Brussel is een economische topregio. De stad en haar hinterland zijn goed voor 30% van de economische activiteit van ons land. Maar de regio blijkt minder dynamisch dan z’n Europese concurrenten. Daarom ontwikkelden de Brusselse, Vlaamse, Waalse en Belgische werkgeversorganisaties een gezamenlijk actieplan voor het komende decennium.

Sociaal-economisch is Brussel volgens de werkgeversorganisaties veel ruimer dan het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Ook grote delen van Halle-Vilvoorde en Waals-Brabant behoren volgens hen tot de ruime stadsregio, die ze de naam Brussels Metropolitan Region (BMR) gaven. Ze lieten de regio doorlichten door het Zwitserse studiebureau BAK Basel Economics. Dat vergeleek Brussel met 14 andere stedelijke regio’s in Europa: Parijs, Londen, Berlijn, Madrid, Edinburgh, Dublin, Zürich, Randstad-Holland, Frankfurt, Lyon, Wenen, Milaan, Luxemburg en Stockholm.


Uit die vergelijking bleek dat Brussel nog steeds een economische topregio is. Brussel is nummer 1 in productiviteit, en nummer 2 in Bruto Binnenlands Product per hoofd. Maar we dreigen terrein te verliezen. De economische groei is maar middelmatig en er komen nauwelijks jobs bij. Er was de laatste kwarteeuw wel een sterke groei in de brede Rand, maar die heeft de beperkte groei in de kern niet kunnen compenseren. Andere Europese stadsregio’s blijken veel dynamischer.


Kenniseconomie
Brussel heeft een echte kenniseconomie met veel jobs voor hooggeschoolden. De kennisgedreven sectoren (financiële sector, administratie, communicatietechnologie, chemie en farmaceutica) staan er sterk. Maar het is niet vanzelfsprekend om toptalenten aan te trekken: de fiscale druk op hogere lonen is van de hoogste in Europa. En Brussel heeft een slecht imago op vlak van leefbaarheid en mobiliteit.
De transportsector, de horeca, de toeristische sector en de traditionele industrie presteren slecht. Nochtans zouden net deze sectoren jobkansen bieden aan de vele werkloze laaggeschoolden die Brussel telt. De dienstensector leidt volgens de werkgevers onder de streng gereguleerde arbeidsmarkt. Na een bevraging van 120 bedrijfsleiders en een bezinning in 10 themagroepen, ontwikkelden de werkgeversorganisaties een gezamenlijke visie. Brussel heeft volgens hen zeker kansen en mogelijkheden als ze 3 ambities waarmaakt.

Eerste ambitie: Brussel moet het kloppend hart en brein van Europa worden

Als thuisbasis van tal van Europese en internationale instellingen, is Brussel het administratieve centrum van Europa. Maar Brussel moet ook trachten het culturele en economische hart te zijn. Daarom pleiten de werkgevers o.a. voor expertisecentra voor international affairs, intercultural management en vertaal- en tolkdiensten, en de opwaardering van het Résidence Palace tot een écht internationaal pers- en mediacentrum. Brussel moet ook ambiëren om de Europese poort te worden voor groeilanden als Brazilië, Rusland, India en China. Een internationaal sportevenement (bv. WK voetbal 2018) of cultureel evenement (bv. tijdens het Belgische voorzitterschap van de EU in 2010) zouden de kans bieden om de stad te promoten als Europees centrum voor zaken, cultuur en vrije tijd. Ook wat mooie moderne architectuur (bv. een museum voor hedendaagse Europese kunst) zou daartoe helpen.

Tweede ambitie: Brussel heeft kansen in enkele nichesectoren

Financiële diensten
De kans is groot dat de EU, aangezet door de huidige crisis, een aantal regelgevende of controlerende financiële instellingen zal oprichten. Volgens de werkgevers komen die best in Brussel. Verder moet Brussel toonaangevend blijven op vlak van banktechnologie, er moet een financieel expertise- en opleidingscentrum komen, en Brussel moet trachten de thuisbasis te worden van de Europese pensioenfondsen van multinationals.

ICT
Ons land is voortrekker op vlak van elektronische kaarten en van ICT-oplossingen voor de medische sector. Het moet die troef internationaal uitspelen. Ook in de ontwikkeling van een digitaal communicatienetwerk tussen douanes zien de themagroepen een kans.

Gezondheidszorg
Onze gezondheidszorg heeft een goede reputatie en ook die troef kunnen we internationaal uitspelen. De werkgevers denken aan een promotiecampagne in het buitenland voor bepaalde chirurgische ingrepen en aan de oprichting van zorghotels voor buitenlanders.

Transport en logistiek
Brussel is strategisch gelegen en goed ontsloten (weg, spoorweg, haven, luchthaven). En het is zelf een belangrijke markt. Maar om z’n rol als logistieke draaischijf te kunnen spelen, moet de Zaventemse luchthaven alle kansen krijgen: d.w.z. een goede ontsluiting, de nodige capaciteit aan vluchten en een rechtszeker kader, aldus de werkgevers. Ze pleiten ook voor een actieplan voor de vrachtluchthaven Brucargo, een importagentschap, en voldoende bedrijfsterreinen voor logistieke activiteiten. Tot slot moet de Brusselse haven beter samenwerken met die van Antwerpen.

Derde ambitie: Brussel moet een bruisende stad worden

Om bedrijven en internationaal talent aan te trekken, moet een stad meer te bieden hebben dan zakelijke netwerken. Cultuur, nachtleven, gastronomie en trendy winkels zijn minstens even belangrijk. Als die sectoren groeien, betekent dat meer jobs voor laaggeschoolden.
Brussel zou volgens de werkgevers aantrekkelijker worden door huishoudhulp fiscaal interessanter te maken, overal hotspots (draadloos internet) te creëren en shoppingcentra en wellnesscentra op te richten.
Internationaal talent moet zich welkom voelen en dat doe je volgens het plan door Engelstalige overheidsinformatie voor buitenlandse bedrijven en werknemers, door één loket voor visa, door een welkomstpakket met praktische informatie voor nieuwkomers en door welcome desks in de luchthaven en in HST-stations. Citymarketing moet van Brussel een populaire bestemming maken voor citytrippers en zakenreizigers.
Nog volgens het plan moeten er een platform (‘board’) komen van buitenlandse investeerders en een gemeenschappelijke aanpak en begeleiding door de verschillende overheden van die buitenlandse investeerders.

Algemeen economisch klimaat

Brussel heeft dus zeker kansen en mogelijkheden. Overheid en bedrijfswereld moeten die grijpen. Maar daarnaast pleiten de werkgevers ook voor een gunstiger economisch klimaat. Zo heeft onze kennis- en diensteneconomie volgens hen nood aan kwalitatief onderwijs (met speciale aandacht voor het talenonderricht en levenslang leren) en een flexibeler arbeidsmarkt.
Maar de werkgevers pleiten vooral voor meer overleg en samenwerking tussen de verschillende overheden. Op vlak van ruimtelijke ordening en mobiliteit moeten de gewesten volgens hen gezamenlijke plannen uitwerken voor de Brussels Metropolitan Region. Ze denken ook aan een gezamenlijke verkeerstoren voor de hele BMR en voor alle transport. Er is volgens hen ook nood aan een interregionaal economisch platform. Ze pleiten voor een coherent sociaal-economisch beleid, en dat houdt volgens hen o.a. een verlaging van de belastingsdruk en een centraal aanspreekpunt voor investeerders in.
De 4 werkgeversorganisaties willen hun toekomstvisie nu verder uitwerken en promoten bij andere maatschappelijke actoren zoals overheden, vakbonden, socio-culturele verenigingen en de groene beweging.




* Meer informatie op www.metropolitanbrussels2018.eu.
* Download de brochure


* Links naar de betrokken organisaties

- Brussels Enterprises, Commerce and Industry (BECI)
- Union Wallone des Entreprises (UWE)
- Vlaams Netwerk van Ondernemingen (VOKA)
- Verbond van Belgische Ondernemingen/Fédération des Entreprises de Belgique (VBO/FEB)

Meigemheide

Landinrichting Beersel van start!


De website van Groen!Beersel meldt: "De laatste jaren heeft Groen! Beersel, samen met haar coalitieparners, in alle stilte gewerkt aan een globale en toekomstgerichte aanpak van wat ons in Beersel nog rest aan open ruimte. Onze voorstellen hebben nu weerklank gevonden bij de Vlaamse regering. Op 27 mei gaf de Vlaamse Minister van Openbare Werken, Energie, Leefmilieu en Natuur de Vlaamse Landmaatschappij (VLM) het mandaat om van start te gaan met het landinrichtingsproject Meigemheide. Enkele woordjes uitleg:

De gemeente Beersel is gezegend met een centrale groene long die loopt van het Dwersbos tot aan het Hallerbos en de Zennebeemden en die het Domein van Huizingen, het Gasthuisbos en het Begijnenbos omvat. Naast wonen en werken herbergt het ganse gebied een schat aan mogelijkheden: landbouw, natuur, landschappen, recreatie, historische sites, ... Om al die functies voldoende ruimte en mogelijkheden te geven én tegelijk het plattelandskarakter te beschermen, is een globaal inrichtingsconcept geen overbodige luxe. De voordelen om met alle betrokken sectoren samen te werken en keuzes te maken, liggen voor de hand

Daarom neemt de nieuwe bestuursploeg van Beersel het initiatief van om in samenwerking met de Vlaamse overheid te starten met een ambitieus landinrichtingsproject voor een gebied dat meer dan 1500 hectaren omvat. Met deze gëintegreerde aanpak wil het gemeentebestuur in het ganse plangebied de symbiose realiseren tussen meer natuur, landbouw en zachte recreatie met respect voor de mensen die er wonen.

De ganse zone komt in aanmerking voor landinrichting. Het instrument landinrichting vertrekt vanuit de plannen van ruimtelijke ordening en maakt voor elk deelgebied een project op maat. Zo'n landinrichtingsproject biedt kansen voor zachte recreatie, landschap en erfgoed & landbouw. Voorbeelden van maatregelen welke binnen het kader van landinrichting kunnen worden uitgevoerd zijn ingrepen op het vlak van landbouwtechniek, milieuzorg, integraal waterbeheer, verkeersveiligheid, natuurontwikkeling, landschapszorg, wegenaanleg, beheer, bebossing, recreatie en recreatief medegebruik

Voor de meest waardevolle deelgebieden is de natuur herstellen en nieuwe stukken natuur doen ontstaan de boodschap. Natuurinrichting heeft daarbij haar nut al op heel wat plekken in Vlaanderen bewezen. De bedoeling van dit instrument: een gebied zo goed mogelijk inrichten met het oog op het behoud, het herstel of de ontwikkeling van de natuur.

Communicatie, sensibilisatie en participatie liggen aan de basis van het succes van een dergelijk project. Daarom zal het gemeentebestuur de bewoners van het gebied, de betrokken landbouwers, de natuur- en milieuverenigingen en de betrokken overheidsdiensten bij elkaar brengen om het lokaal draagvlak, de mogelijkheden en de grenzen van dit land- en natuurinrichtingsproject te toetsen."

BHV

Interview Guido Moons in Gazet van Antwerpen en Belang van Limburg

Franstaligen brengen het land in gevaar

Jan Van de Casteele 05-11-2009

Het zijn niet de Vlamingen die het land in gevaar brengen met een stemming over BHV. Wel de Franstalige minderheid die ermee dreigt een crisis uit te lokken als de Vlamingen in het parlement doet wat in een democratie normaal is: conform de grondwet de onwettelijke kieskring BHV splitsen. Dat zegt Guido Moons (VVB) in een uitgebreid interview in Gazet van Antwerpen en Belang van Limburg, waarin hij het ook heeft over de verdringing en de pesterijen in de Rand. Of hoe een minderheid er per definitie van uitgaat dat zij de democratie kan blokkeren.
Hieronder de integrale tekst van de interviews in die twee kranten
'Verdringing en pesterijen nemen toe'


Voor Guido Moons, voorzitter van de Werkgroep Halle-Vilvoorde, is de oplossing voor het probleem B-H-V heel simpel. ‘Wij zijn tegen een onderhandelde oplossing. Wie daar voor is, stelt de Belgische democratie ter discussie. Dat alle belgicisten daar eens aan denken.’
"Je hoort dat de regering valt als de Vlaamse Kamerleden het splitsingsvoorstel in de plenaire zitting goedkeuren. Waarom? De Franstaligen beweren voortdurend dat ze het toch zo goed menen met dit land. Wel, dat ze dan de grondwet respecteren en het parlement en de regering hun werk laten doen."

Aanwezigheid

De Werkgroep Halle-Vilvoorde wordt gevormd door de Vlaamse Volksbeweging, het Taal Aktie Komitee en het Halle-Vilvoorde Komitee en is ontstaan in de aanloop naar de betoging voor de splitsing van B-H-V in mei 2004 in Halle. ‘Wij willen de druk op de ketel houden om het splitsingsvoorstel er zonder onderhandelingen door te halen’, zegt Guido Moons. ‘We kunnen wegen op de politici door aanwezig te zijn op belangrijke evenementen zoals De Gordel. Door politiek lobbywerk, door politici aan te spreken, door onze steun aan en contacten met de burgemeesters van Halle-Vilvoorde. Want zij staan momenteel in de vuurlinie.’

Huisvestingsproblemen

’Sinds enkele weken zijn we gestart met een nieuwe campagne onder het motto “Respect voor Vlaams-Brabant”. Doelstelling is de burgers - waar we maar kunnen - voor te lichten over en gevoelig te maken voor B-H-V en de situatie in de faciliteitengemeenten en in Vlaams-Brabant’, legt Guido Moons uit. ‘Wij brengen een oude slogan in herinnering: De Vlaamse Beweging is een sociale beweging.’
’We focussen bijvoorbeeld op de problematiek van de huisvesting in Vlaams-Brabant. Geboren en getogen Vlaams-Brabanders vinden geen betaalbaar lapje bouwgrond meer en worden gedwongen uit te wijken. Waar vroeger vooral welstellende Franstalige Brusselaars zich in die groene gemeenten kwamen vestigen, zijn daar nu ambtenaren van Europa en van de internationale instellingen bij gekomen. En medewerkers van multinationals, want die beschikken over veel geld voor de huisvesting van hun personeel.’
De Werkgroep wil ook waarschuwen voor sociale verdringing. ‘Jeugdhuis Animoro in Sint-Genesius-Rode ondervindt bijvoorbeeld steeds meer tegenwerking van het francofone gemeentebestuur. Er zijn talrijke Vlaamse initiatieven in de Rand die het slachtoffer zijn van allerlei pesterijen. Wij vragen de provincie om Vlaams-Brabantse gemeenten die het 'thuisgevoel' promoten meer te steunen in hun initiatieven. Het gaat hier om de identiteit van deze gemeenten.’

Brussels Metropolitan Regio

De Werkgroep Halle-Vilvoorde is ten slotte niet erg opgetogen over het voorstel voor een “Brussels Metropolitan Regio (BMR)”, een soort stadsgewest met de sluipende aanhechting van een aantal gemeenten bij Brussel onder het mom van economische noodzaak en werkgelegenheid. ‘De euforie waarmee de Franstaligen dit project hebben onthaald, maakt het meteen zéér verdacht’, klinkt het.


Bron: VVB (Vlaamse Volksbeweging)

Op 11 november op stap

Stappen tijdens de novemberfeestdagen

woensdag 11 november 2009: Corridorwandeling in Sint-Genesius-Rode

We gaan eens kijken of de herfst zijn intrede gedaan heeft in de zuidelijke Zennevallei . Daarvoor trekken we naar Sint-Genesius-Rode. We bekijken een streek die sinds eeuwen adellijk bezit is en  bleef van de heren van Zevenbronnen, Terkluizen en Revelingen.

Krijgen we een antwoord op de vraag of deze heren toen reeds dachten aan een corridor ?

We flirten ook even met de buurgemeenten van Sint-Genesius-Rode.

Bent U te vinden voor een midweekwandeling dan geeft Streekvereniging Zenne en Zoniën U gaarne afspraak op woensdag 11 november om 13 uur aan de Sint-Genesiuskerk in de Dorpsstraat (centrum) te Sint-Genesius-Rode voor een toffe corridorwandeling.

Info : Willy Defranc 02/356.24.78 of  zenne.zonien@edpnet.be

Taalpolitiek Kind en Gezin

Kind & Gezin bedient aan zijn loketten heel wat gezinnen in een andere taal dan het Nederlands', zegt Willy Segers (N-VA).

Vlaams volksvertegenwoordiger Willy Segers (N-VA) trekt aan de alarmbel: de ontnederlandsing van de Vlaamse Rand zet zich onverbiddelijk voort. Dat blijkt uit cijfers van Kind & Gezin.

Segers: ‘Bij kinderen uit Halle-Vilvoorde, geboren in 2008, is de eerste taal thuis in 56,6procent van de gevallen Nederlands. In de faciliteitengemeenten Kraainem en Drogenbos hanteert respectievelijk 5 en 3,6procent van de gezinnen het Nederlands als eerste taal. Zonder een gerichte taalpolitiek dreigt de volgende generatie in de Vlaamse Rand het Nederlands niet meer te kennen. Kind & Gezin moedigt de moeders aan om met hun kinderen hun moedertaal te spreken, wat vanuit wetenschappelijk standpunt te verdedigen valt. Kind & Gezin bedient ook heel wat gezinnen in een andere taal dan het Nederlands aan de loketten, wat als een vorm van ‘verdoken faciliteiten' kan worden gezien. Daarom wil ik een controle op de taalpolitiek en een promotie om Nederlands te gebruiken in de kinderopvang in de Rand.'

Willy Segers interpelleerde minister Jo Vandeurzen (CD&V) in de commissie Welzijn. Die antwoordde dat er al extra maatregelen werden getroffen in 2005-2008. ‘Die lijken onvoldoende', zegt Segers. 

Bron: De Standaard 5 november 2009